Een eigentijdse wandelclub

HAAKSBERGEN- Het begint op 19 september 1945 met de Rooms Katholieke Wandel Vereniging Door Inspanning Ontspanning. Vaandels, rinkelend eremetaal. De hele wandelgarde in blauwwit uniform. Keurig in het gelid paraderend voor het kritische oog van de wandeljury. Dat is allang verleden tijd. Wandelkring DIO heeft de geur van mottenballen verdreven. Het is een eigentijdse wandelclub met landelijke faam. Hippe outfit, gezellige sfeer, geen rangen of standen. “In de jaren vijftig telde Kring Twente veertig wandelverenigingen. DIO is als enige overgebleven”, laat voorzitter Hennie Horst weten. Als de Koninklijke Wandelbond Nederland nieuwe wandeltrends lanceert is DIO er als de kippen bij om deze in Haaksbergen te introduceren. Clinics, thema-avonden, smovey walking, wandelgroepen voor 55+. Een eigen reanimatiecursus. En een wandelinstructeur/voedingsdeskundige die sportief wandelen op de agenda heeft gezet. Niet voor niets is de club in 2010 uitgeroepen tot officieel Wandelcentrum van de KWBN. Nog steeds als enige vereniging tussen allemaal professionals. DIO heeft echter een behoorlijke dip gekend. Zo’n veertig jaar geleden telt de club nog maar 25 leden en is op sterven na dood. Door de opmars van zaalsporten raakt wandelen uit de mode. In de jaren tachtig komt een voorzichtige ommekeer. Samen met deze krant wordt de Internationale Kennedymars Haaksbergen in de steigers gezet. Met DIO als wandelschool die het ongeoefende publiek klaarstoomt voor deelname. Dat brengt nieuw elan. Als zijnde ‘gezond voor lichaam en geest’ wordt wandelen gepromoot door de NSF en door professionals uit de zorg. “Maar het opstarten in 1987 van de donderdaggroepen, het doordeweekse wandelen, gaf DIO echt een flinke boost”, weet vicevoorzitter Dirk Haan. “Natuurlijk hebben we geluk met de prachtige natuur rond Haaksbergen”, erkent hij. Dat verklaart slechts ten dele het succes. “We zijn ook een club die het organisatorisch goed voor elkaar heeft. Voor alle wandelingen hebben we een apart draaiboek. Beknopt voor de kleinere tochten, tot heel uitvoerig voor de Avond4daagse en de Kennedymars. Inclusief een calamiteitenplan.” DIO zet social media in om activiteiten en gebeurtenissen onder de aandacht te brengen. Tijdens tochten zijn er folders beschikbaar met informatie over de omgeving die de wandelaars doorkruisen. Ook de verzorging onderweg oogst doorgaans niets dan lof. “Onze vrijwilligers tonen grote betrokkenheid tijdens wandeltochten. Daarmee bedoel ik ook het bestuur. We laten ons gezicht zien, maken een praatje. Opmerkingen van deelnemers en medewerkers nemen we serieus”, vervolgt Haan. “Ik durf gerust te stellen dat DIO vriendelijkheid uitstraalt.” Horst knikt instemmend: “Qua ledenaantal zijn we niet de grootste van Nederland. Maar door onze organisatiekracht en activiteiten staan we zeer hoog aangeschreven”, zegt hij niet zonder trots. Over het hele jaar genomen brengt DIO tussen de 13.000 en 14.000 wandelaars op de been. “Dat is echt heel veel! Maar wij wandelen dan ook het hele jaar rond, terwijl andere verenigingen meestal niet meer dan twee of drie tochten organiseren.” Wandelen is bewegen. Maar ook het sociale aspect telt mee. “Al lopend ontstaan hele gesprekken”, vertelt Haan. Niet alleen binnen de vertrouwde donderdagochtendgroepen, maar ook tijdens megawandeltochten spelen ontmoetingen tussen mensen een belangrijke rol. “Wandelsport is heel laagdrempelig. We kennen geen winnaars en geen verliezers. Iedereen kan meedoen aan een afstand en in een tempo dat bij hem past.” Sportief gezien ziet de toekomst er rooskleurig uit. Toch is er een punt van zorg. “Het bestuur heeft verjonging nodig”, geeft Hennie Horst aan. “Voor afgebakende projecten zijn altijd genoeg vrijwilligers te vinden. De invulling van kaderfuncties is echt een probleem.”